Nogmaals Bol op Sint Jan
Naar aanleiding van de afstudeerpresentatie van Bob van Spaandonk (zie eerdere berichten) en de overwegend negatieve reacties in de krant, schreef wethouder Jan Peters op zijn Blog een reactie die we u niet willen onthouden:
Nieuwsgierigheid is wellicht de belangrijkste en meest natuurlijke drijfveer van de mens. Begerig naar nieuws. Willen weten hoe het zit. Kinderen worden ermee geboren en worden er groot van. Vragen volwassenen de oren van het hoofd. Jammer, dat dit niet altijd wordt gewaardeerd. ‘Je moet niet zoveel vragen. Kinderen mogen wel alles eten, maar niet alles weten. Waarom? Daarom! Dat is nu eenmaal zo. Kinderen die vragen, worden overgeslagen’. Langzaam maar zeker wordt de onbevangenheid gesmoord. Dat is jammer, want nieuwsgierigheid is van levensbelang.
Afgelopen maandag presenteerde Bob van Spaandonk zijn afstudeeropdracht voor de Avans Hogeschool in de toren van de St. Jan. Een bijzonder verhaal in een bijzondere omgeving. Gesteund en gestimuleerd door Walter van Mook en Arjan van Suylekom van Markt 38 vertelde deze jonge zoon van Oosterhout over zijn fascinatie voor de toren van de St. Jan. Een toren die nog niet de helft van zijn hoogte heeft bereikt. Een toren die niet af lijkt.
Het verhaal van Bob is van een zeldzame symbolische rijkdom. Zijn fantasierijke brein bracht hem op fantastische ideeën, maar zat tegelijkertijd het overzicht voor de uitwerking ervan in de weg. Walter en Arjan hadden goed gezien dat rust, regelmaat en discipline het beste in Bob boven zouden kunnen brengen. De klik die volgde maakte het Bob mogelijk letterlijk en figuurlijk boven zichzelf uit te stijgen.
Eigenlijk staat Bob model voor de toren die hij tot studieobject verkoos. Een MBO studie zou voor hem te hoog gegrepen zijn. Zijn afstudeerproject voor de Avans Hogeschool ontmoette veel bewondering en werd gewaardeerd op een academisch niveau. Bob is zelf een beetje de toren. Beiden gedreven door een ogenschijnlijke handicap. Een toren die niet af is en een student met een veel te bruisend brein. Het maakt dat zij zich onderscheiden. Veel bekende wereldsterren hebben hun roem te danken aan een handicap die zij tot hun kracht hebben weten om te vormen. Wat begint als handicap blijkt dan ineens een succesfactor door de enorme energie die deze weet vrij te maken.
Het bruisende brein van Bob heeft een toren die niet klaar is een perspectief geboden dat alleen door onze fantasie kan worden bevat. Dat is belangrijk in een omgeving die het moeilijk heeft omdat mensen te lang zijn blijven doen wat in het verleden succesvol was. De toren afmaken zou voor menigeen betekenen dat deze 60 meter hoger zou moeten worden. Bob koos een totaal andere invalshoek. Vergelijk het maar met Henri Ford die zijn droom verwezenlijkte door niet te doen wat iedereen hem vroeg: een mooiere koets met snellere paarden bouwen.
Wie zich verdiept in de ideeën die Bob in de bol op de toren van de Sint Jan heeft samengebracht, raakt onder de indruk van de verschillende invalshoeken die in zijn verbeeldingskracht een plek hebben gevonden. In de filosofie (liefde voor wijsheid, ook zoiets moois) wordt onderscheid gemaakt tussen schoonheid en het sublieme. Schoonheid is bekend, voorspelbaar en symmetrisch. Esthetisch klopt het allemaal. Het is perfect en dus ook saai. Het sublieme reikt verder. Gaat de menselijke bevattelijkheid te boven. De constructie die Bob bedacht, de materialen die hij koos, zijn verhandeling over de werking van het licht zijn doordacht, kloppen en zijn theoretisch dus realiseerbaar.
Natuurlijk zal geen zinnig mens ervoor kiezen de ogenschijnlijke handicap van de toren van de Sint Jan op te heffen. Dat zou zoiets zijn als het knippen van de manen van Samson. Dat iemand hierover niettemin een verhandeling houdt die verder reikt dan wat voorspelbaar en voorstelbaar is en daarbij een lompe kerktoren tot de spirituele hoogten weet te brengen zoals Bob van Spaandonk, gedreven door een persoonlijke fascinatie en nieuwsgierigheid, is reden voor bewondering en trots. Wat goed dat Markt 38 dat heeft gezien en gestimuleerd. Wat goed dat aan deze nieuwsgierigheid ruim baan is geboden. Laat het ons tot voorbeeld strekken om nieuwsgierigheid van kinderen nimmer in de kiem te smoren. En niet te vroeg te oordelen over ideeën die voorbij ons voorstellingsvermogen reiken.
Jan Peters